Gent, De grote cavaleriekazerne alias het “Pesthuis”

Moderators: Exjager, piot1940, Bram1940

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Paddy
Berichten: 7570
Lid geworden op: 28 mei 2011 10:25
Locatie: Dendermonde, Idiot Trench
Contacteer:

Gent, De grote cavaleriekazerne alias het “Pesthuis”

Bericht door Paddy »

Gent, De grote cavaleriekazerne alias het “Pesthuis”

De kazerne aan de Brusselsestraat te Gent had een niet zo vleiende bijnaam, namelijk het “Pesthuis”. Niet omdat de soldaten er zo de pest in hadden maar omdat op deze plaats in 1582 een hospitaal werd in gebruik genomen om de lijders van afschuwelijke ziekte op te vangen. Het hospitaal bood plaats aan 200 zieken en in epidemievrije periodes werden er ook soldaten verpleegd. De doden werden ter plaatse begraven.
Begin 1670 bevond het “Pesthuis” in een zodanige slechte staat dat er geen herstellen meer mogelijk was. De bouwkundige A. Van der Linden kreeg de opdracht om een nieuw hospitaal te plannen en in 1672 kon de aannemer Frans De Smedt beginnen met de bouw van een volledig nieuw gasthuis.
In 1678, na de inname van de stad Gent door de Franse Generaal d’Humière, werden er voor de eerste keer niet gewonde militairen ingekwartierd. Tijdens de Spaanse Successieoorlog (1701-1714) werden de hospitalen alweer overspoeld door gewonde soldaten. Franse, Britse, Pruisische, Zweedse, Duitse, Spaanse soldaten volgden elkaar op voor verzorging. Na de Vrede van Rastadt (6 maart 1714) en Baden (7 september 1714) werden de Zuidelijke Nederlanden onder Oostenrijks bewind geplaatst en braken er voor onze gewesten rustigere tijden aan.
Het “Huis van St-Macharius” bleef zijn verplegende functie behouden maar regelmatig werden de leegstaande gebouwen door militairen in gebruik genomen. Vanaf 1734 worden er veranderingen gedaan met het doel er krijgslieden in onder te brengen, in 1735 wordt er een militair wachtlokaal ingericht en in 1745 worden er 34 “hovens” (schoorstenen) gebouwd. Vanaf het laatstgenoemde jaar verhuurd de stad Gent de gebouwen aan de Staat en hiermee is de hospitaalfunctie van het “Pesthuis” voorbij. Het eerste volledige regiment dat de gebouwen komt bezetten zijn de Dragonders van St-Ignace.
Tussen 1749 en 1754 worden leegstaande gebouwen als magazijn ingericht, worden er op de binnenplaats houten barakken geplaatst en worden restauratie werken uitgevoerd.
Aan de relatief rustige periode onder de Oostenrijkers komt een einde met de Brabantse Omwenteling (oktober 1789 - december 1790). Gedurende de korte periode van het bestaan van de Verenigde Belgische Staten nemen de patriotten van het Regiment van Gent hun intrek in het “Pesthuis”. Door tweedracht tussen de volgelingen van Vonck (progressieven) en die van Van der Noot (conservatieven) ging de onafhankelijkheid van onze gewesten vlug verloren. De Oostenrijkse Restauratie verliep dan ook vrij vlot, maar na de Slag bij Fleurus (26 juni 1794) worden op 1 oktober 1795 de Oostenrijkse Nederlanden officieel een deel van Frankrijk. Een Frans decreet van 27 juni 1810 droeg alle militaire gebouwen over aan de stad, hierdoor werden deze verplicht de kazernes te onderhouden en te bemeubelen. Toen in 1814 de Franse bezetters verdreven waren was de kazerne reeds in een zodanige staat van ontbinding dat de Pruisische bevrijders er alleen hun paarden wilden in stallen. De soldaten werden bij burgers ingekwartierd.
Ondertussen waren de Belgen Nederlanders geworden en onder dit bewind zou de Stad de gebouwen zoveel mogelijk bewoonbaar proberen te maken. Zo werd in 1823 het huis van Jean-Baptiste Maelcamp, dat tegen de kazerne aanleunde, onteigend en na enkele veranderingen werden de soldaten er in ondergebracht.
Krijgslieden werden in vroegere tijden geschuwd als de pest, maar van zodra ze niet meer bij burgers waren gelogeerd werden ze voor de meeste welkome verbruikers. De Stad kreeg per soldaat en per paard een vergoeding om de gebouwen te onderhouden en daar er niet nauw gekeken werd bleef er meestal geld over. De herbergen en winkeltjes in de buurt deden gouden zaken, de leveranciers van etenswaren, hooi, stro en haver hadden niet te klagen en zelfs de meisjes van plezier waren tevreden. De gegoede burgerij deed ook voordeel want ze konden hun huizen verhuren aan de gehuwde officieren en hun jonge dochters koppelen aan de ongehuwde.
Nadat de Belgische onafhankelijkheid een feit was geworden werden heel wat werken uitgevoerd en in 1836 zou de cavaleriekazerne zijn huidige vorm krijgen. Ze bood slaapruimte aan 600 man, twee stallen met smidse gaven plaats aan 350 paarden. In 1845 werd er nog een derde stal bijgebouwd en konden 485 dieren gehuisvest worden.
Voor de militairen was de situatie verbeterd, maar de burgerbevolking kwam in de problemen. Door het verdwijnen van het Waterstraatje, ook Pesthuisstraatje genoemd, was de mogelijkheid om water te halen uit de Nederschelde verdwenen. Een openbare pomp leek de oplossing en het driehoekige pleintje voor de kazerne bleek de ideale plaats om een waterput te boren. Het kruis dat er reeds van voor 1534 stond maakte plaats voor een monumentale waterpomp.
Tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog veranderde er niet meer zo veel aan het uitzicht van de gebouwen, toch is het interessant om volgende zaken te vermelden:
1858, Bouwen van een cachot met 16 cellen langsheen de Scheldekaai.
1863, Op 1 april worden de regimenten Kurassiers afgeschaft in het Belgische leger. Het 2é dat toen in Gent gekazerneerd was wordt vervangen door het 4é Lansiers (1).
1873, Door een wet van 22 juni wordt het onderhoud van de kazernes overgenomen door de Staat. Het zou tot 22 juli 1876 duren voor alle herstellingen gedaan waren en het proces verbaal van overname kon getekend worden.
1882, In maart verwoest een orkaan het latrinepavilioen. In 1886 worden uiteindelijk 2 nieuwe toiletgebouwen geplaatst.
1887, Een stuk terrein wordt afgeven aan Bruggen en Wegen voor het verbreden van de Schelde. Een jaar later wordt een leuning geplaatst en wordt op de kaai een wachtlokaal ingericht.
1904, De tram komt door de Brusselsestraat.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog neemt de Duitse Cavalerie bezit van het “Pesthuis” en wordt er een militaire telefooncentrale door hen geplaatst. Het Belgische leger neemt deze na de Wapenstilstand graag maar zonder dank over.

1924, De kazerne wordt volledig van elektriciteit voorzien.
Vanaf 6 januari 1933 moesten alle militaire gebouwen de naam dragen van een gesneuvelde uit de Grote Oorlog. Vanaf deze datum staat de cavaleriekazerne bekend als “Kapitein-Commandant de Hollain”. Deze officier was in 1914 bevelhebber van de artillerie van de 2é Brigade Mixte, hij sneuvelde te Sint-Margriete-Houtem op 18 augustus 1914.
Op 2 april 1933 wordt een gedenkteken onthuld ter ere van de gesneuvelde artilleristen van de 1é Legerdivisie. Het Klein Scheldeke dat reeds vele jaren lag te stinken wordt uiteindelijk in 1939 gedempt.
Ook tijdens de Tweede Wereldoorlog maakten de Duitsers gebruik van “den Hollain” en na de Bevrijding nam de dienst SEDICHAR (Section Distribution Charbon) er zijn intrek. In 1961 kwam het Hoofdkwartier van de Basis Luchtmacht er zich vestigen.

(1) Tussen 1840 en 1914 zag de bezetting van de cavaleriekazerne er ongeveer als volgt uit:
1840 tot 1863: afwisselend 1é en 2é Kurassiers.
1863 tot 1889: afwisselend 4é Lansiers en 2é Jagers te Paard.
1889 tot 1914: 4é Lansiers en enkele batterijen van het 1é Regiment Artillerie.
Na de bezetting van het Rijnland keerde het 1é Artillerie terug naar Gent waar het zou blijven tot de vooravond van de Tweede Wereldoorlog.

Afbeelding
Greetings from a Little Gallant Belgian
Patrick De Wolf
Militaria-Ruilbeurs Hangar 42 Dendermonde,http://www.facebook.com/Hangar42Militaria
There is a very fine line between "hobby" and "mental illness".
Gebruikersavatar
Exjager
Sponsor 2022-2023
Berichten: 4379
Lid geworden op: 28 mei 2011 18:53
Contacteer:

Re: Gent, De grote cavaleriekazerne alias het “Pesthuis”

Bericht door Exjager »

Kazerne Hollain in Gent : verblijfplaats 2JP tussen 1863 en 1889.
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Iets m.b.t. 2 Jagers te Paard is steeds welkom.
Mijn website,http://www.legerdienst.be
Gebruikersavatar
Exjager
Sponsor 2022-2023
Berichten: 4379
Lid geworden op: 28 mei 2011 18:53
Contacteer:

Re: Gent, De grote cavaleriekazerne alias het “Pesthuis”

Bericht door Exjager »

Foto uit de jaren ?
Afbeelding
Iets m.b.t. 2 Jagers te Paard is steeds welkom.
Mijn website,http://www.legerdienst.be
Gebruikersavatar
Exjager
Sponsor 2022-2023
Berichten: 4379
Lid geworden op: 28 mei 2011 18:53
Contacteer:

Re: Gent, De grote cavaleriekazerne alias het “Pesthuis”

Bericht door Exjager »

Aanvullend is er dan nog onderstaand, waar er verwezen wordt naar een gekende site ;)

Beschrijving

Tegen de zuidelijke muur van de binnentuin bevindt zich dit gedenkteken. Vooraan is er een lage buisleuning uit aluminium, waarachter vier obushulzen zijn opgesteld. In totaal hangen er ook zes gedenkplaten.

De buitenste twee horen bijeen en zijn gedenkplaten ter ere van de gesneuvelden van het 1ste, 7de en 13de regiment artillerie tijdens de Eerste Wereldoorlog. De vermelde regimenten hadden hun kwartier in de Alphonse de Hollainkazerne, die hier tot 1998 stond. Het zijn twee rechthoekige bronzen gedenkplaten, bovenaan afgewerkt met een kroonlijst die het midden houdt tussen een gordijnboog en segmentboog. Centraal bovenaan bevindt zich een kenteken : een krans van eikenbladeren waarop twee gekruiste kanonnen liggen. Deze kentekens zijn versierd met bladgoud. De jaartallen '1914' en '1918' flankeren dit teken. Alle letters zijn in reliëf op de panelen aangebracht en met goudgele verf gekleurd. Op het linkerpaneel werden twee plaatjes gevezen, die vergeten namen lijken aan te vullen. Helemaal onderaan leest men 'IN MEMORIAM'. De inhuldiging vond plaats op 2 april 1933.

De panelen vlak naast de panelen van de Eerste Wereldoorlog zijn gemaakt uit graniet. Ook deze twee panelen horen bijeen, zij werden opgericht ter ere van de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Op de rechthoekige, granieten platen, werden bovenaan messing cijfers aangebracht met de begin- en einddatum van de Tweede Wereldoorlog: op het linkerpaneel '1940', rechts '1945'. Hieronder bevinden zich telkens de bronzen kentekens van het 1ste artillerieregiment: gekruiste kanonnen in een cirkel, geflankeerd door takjes en met een kroon bovenaan, eronder '1.A' in een kadertje. Hieronder werden gestileerde palmtakken weergegeven, waarvan de takken onderaan kruisen. Tussen de takken in, werden de nummers van de regimenten genoteerd, die aan de oorlog deelnamen : links ziet men '1' (voor het 1ste artillerieregiment), waaronder '22' (22ste linieregiment, onderdeel van de infanterie). Op het rechterdeel zijn de cijfers '7' (7de artillerieregiment) en '32' (32ste linieregiment, onderdeel van de infanterie). Deze panelen, alsook die ter ere van de Eerste Wereldoorlog, worden door kleine witstenen beugels ondersteund.

Het centrale veld wordt door twee boven mekaar geplaatste elementen versierd. Bovenaan bevindt zich een bronzen embleem. Men ziet onderaan een banderol met het opschrift 'REGIS ULTIMA RATIO'. Deze banderol rust op twee gekruiste kanonnen; een vlammende pot rust in het midden op de banderol. Het geheel wordt met een koningskroon bekroond. Het jaartal '1836' staat in 2 delen links en rechts van de kanonnen, dit is het jaar waarin het 1ste artillerieregiment gesticht werd. Onder dit embleem bevindt zich een granieten plaat, waarop in bronzen letters te lezen staat : 'AAN HEN / DIE / VIELEN'.

http://users.telenet.be/ABL1914/Hollain.htm, geraadpleegd op 12/08/2009.
http://www.mil.be/armycomp/units/index. ... =65&PAGE=1, geraadpleegd op 25/10/2010.

Bron: Depestel Sarah 2009: Monumenten ter ere van gesneuvelden uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog in Gent: een (kunst)historisch overzicht met voorstellen ter bevordering van de instandhouding en eventuele restauratie, onuitgegeven masterthesis Artesis Hogeschool Antwerpen.

Auteurs: Depestel, Sarah

inventaris.vioe.be/dibe/relict/212457
en dit :
Beschrijving

Nr. 39. Voormalig St.-Machariuspesthuis en grote paardevolkskazerne, heden kazerne Cdt. Jonkheer de Hollain.

Complex gebouw waarvan de straatgevel een groot gedeelte van de ene straatwand van de Brusselsepoortstraat beslaat. Strekt zich uit tot de r. oever van de Nederschelde. Langgerekte vleugels omzomen een uitgestrekt N.Z.-georiënteerd rechth. binnenplein met twee parallelle dwarsvleugels in de Z.-helft. De stichting van het pesthuis door de schepenen van de stad, vlakbij de Vijfwindgatenpoort en -brug, "up het Zand", dagtekent van 1582. Dit pesthuis verving een ander dat sinds 1580 ondergebracht was in een daartoe verbouwde kapel op de Groene Hooie nabij de Lange Violettestraat. Het zou pas sinds 1672 St.-Machariuspesthuis genoemd worden. De instelling werd van 1668 tot 1672 herbouwd op kosten van de stad. Hoogstwaarschijnlijk werd de hof van het St.-Machariuspesthuis in 1678 bezet door Franse troepen.

Het pesthuis bleef tot midden XVIII dienst doen als ziekenhuis voor besmettelijke ziekten. Vlg. archiefstukken werden vanaf 1689 regelmatig zieke soldaten in het pesthuis ondergebracht. Sinds 1726 werd het een krijgshospitaal en was ook dienstig voor het logeren van soldaten. Van 1749 tot 1754 werd het pesthuis bezet als magazijn voor militair materieel. In de loop van XVIII B werd de St.-Machariuskazerne verhuurd als ruiterijkazerne aan de keizer van Oostenrijk. Vlg. archiefstukken werden in 1754 op last van de schepenen van de keure kazernegebouwen en stallingen opgetrokken op de gronden van het St.-Machariuspesthuis n.o.v. architect David 't Kindt: de O.-vleugel langs de Scheldeoever en de daaraan palende haakse Z.-vleugel. Livinus Corthals, eigenaar van een deel van de gronden en gebouwen van het St.-Machariuspesthuis, liet een deel van het oude pesthuis in 1784 slopen en vervangen door een herenhuis met classicistische lijstgevel, gesitueerd naast nr. 37. Tot 1792 werden de gebouwen z.g. grote paardevolkskazerne verhuurd aan de keizer. De toenmalige U-vormige aanleg der gebouwen bleef tot nu behouden, doch er werden vnl. ca. 1825 en ook later nieuwe vleugels voor paardestallen toegevoegd terwijl bestaande herhaaldelijk aangepast en vernieuwd werden, vnl. n.o.v. architect Pierre de Broe. In 1821-1822 kwam een zestien trav. brede vleugel naast het herenhuis uit XVIII d tot stand n.o.v. van architect P. de Broe en daartoe werd het resterende gedeelte van het XVII-pesthuis gesloopt. De nieuwe vleugel bevatte op de gelijkvloerse verd. de portierswoning en stallingen, de bovenverd. waren bestemd voor het logement der soldaten. De belangrijkste uitbreiding met kazernegebouwen dateert van en na 1835, nadat een achttal huizen met de bijhorende tuinen en terreinen aangekocht werden, gelegen voorbij het waterstraatje dat tot dan de Z.-begrenzing van de kazerne vormde. De lange straatgevel werd in Z.richting verlengd en een haakse Z.-vleugel met nieuwe paardestallen werd opgetrokken n.o.v. architect P. de Broe. Ca. 1936 werden de vleugels rondom het binnenplein aangepast en verhoogd.

In de N.W.-hoek van de kazerne aan de straat bevindt zich het onderkelderde breedhuis (1) met negen trav. en drie bouwl., onder schilddak (Vlaamse pannen), van 1784. De derde verd. is vlg. archiefstukken een verhoging van 1887 van een halve verd. die aan het aanvankelijk tweelaagse herenhuis toegevoegd was.

Bepleisterde lijstgevel met dubbelhuis-. opstand op een gecementeerde natuurstenen plint welke voorzien is van rechth. keldervensters. Vlak omlijste rechth. vensters met oren op de eerste twee bouwl.; benedenverd. horizontaal gemarkeerd door een vlakke kordon, bovenvensters van de tweede verd. met dunne druiplijsten en afgelijnd door een gelede kordon. Licht uitspringende en bredere middentrav. met centraal deurvenster voorzien van een balkon gedragen door eenvoudige rolwerkconsoles en afgesloten door een sierlijke smeedijzeren leuning waarin de initialen D B verwerkt zijn. Vlg. de tekening bij de originele bouwaanvraag van 1784 was het deurvenster voorheen bekroond met een gebogen fronton op bewerkte consoles en werd de middentrav. voorts boven het hoofdgestel gemarkeerd door een versierde attiek eindigend op postamenten met siervazen. Rondboogpoort met booglijst met breed hol profiel op arduinen imposten en rechtstanden en met vlakke sleutel onder de als druiplijst dienst doende balkonplaat. Heden niet meer als toegang gebruikt. Gevel afgelijnd door een centraal gekorniste kroonlijst.

Van de originele binneninrichting bleef niets behouden. Voormalig koetshuis uit XVIII d gesitueerd achter het herenhuis naast de N.vleugel van de kazerne. Breedhuis van oorspronkelijk één bouwl. en drie trav. Onder schilddak (Vlaamse pannen) met gecementeerde lijstgevel; licht uitspringende middentrav. met deels gedichte rondboog met hollijst. Binneninrichting gewijzigd tot kleine celgevangenis, z.g. cachot.

Aansluitend r. vleugel (2) van drie bouwl. en zestien trav., met zadeldak (Vlaamse pannen) van 1821-1822; bepleisterde lijstgevel begrensd door licht uitspringende poorttrav., l. de hoofdingang van de kazerne, r. een gedichte rechth. poort; rechth. vensters met lekdrempel. Gelijkaardige lijstgevel van tien trav. daterend van de verlenging van de vleugel van ca. 1835. De muurankers ter hoogte van de plint in de eerste vier venstertrav. markeren een overwelfde kelderruimte met gedrukte kruisgewelven, een overblijfsel van het oude pesthuis.

Gecementeerde achtergevel bestaande uit vijfmaal drie venstertrav. tussen brede pseudo-pilasters en r. lijstgevel van zes trav., de voormalige portierswoning. Verbouwde muuropeningen voor de begane grond doch behouden indeling van de ruimten van de paardestallen.

O.-vleugel (3) met voorgevel uitziend op het binnenplein, opgetrokken vlg. archiefstukken in 1754 n.o.v. architect David 't Kindt, verhoogd met één bouwl., vensters vergroot en gevel gecementeerd ca. 1936. Oorspronkelijk een vleugel van twee bouwl. onder schilddak, heden met platdak; middenrisaliet van drie trav. onder een licht gebogen fronton aanzettend op naar buiten gekeerde kwartcirkels, geflankeerd aan beide zijden door zes tussen pseudo-pilasters gevatte venstertrav. en per trav. een smalle deuropening vlak naast de pilaster. Begane grond van middenrisaliet grondig aangepast en voorzien van jaartallen 1678-1936.

N.-vleugel (4), vlg. archiefstukken het z.g. gebouw van de patriotten, reconstructie van 1872, in dezelfde zin als de O.-vleugel aangepast ca. 1936.

Z.-vleugel (5) haaks op de O.-vleugel, eveneens van 1754 doch waarschijnlijk herbouwd ca. 1825, in dezelfde zin als de N.- en O.-vleugel aangepast ca. 1936.

Uiterste Z.-vleugel (6), vlg. archiefstukken van 1817 en bestemd voor het stallen van zieke paarden, waarschijolijk nog aangepast in de loop van XIX. Bakstenen lijstgevel met getoogde muuropeningen.

S.A.G., reeks 535, bundel 27, nr. 18.
S.A.G., reeks F., nr. 148(1), 2, 3, 4.
S.A.G., Atlas Goetghebuer F. 142/D.81.
ELAUT L., Gentse ziekenhuizen, Gent, 1976, p. 83-90.
HEINS M. , Gand, sa vie et ses institutions, dl. II, Gand, 1916-1920, p. 22.
S.A.G., Nota's Van Werveke nr. 519.

Bron: Bogaert C., Lanclus K. & Verbeeck M. met medewerking van Linters A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4NB N-O, Brussel - Gent.

http://inventaris.vioe.be/dibe/relict/18981
Iets m.b.t. 2 Jagers te Paard is steeds welkom.
Mijn website,http://www.legerdienst.be
Plaats reactie

Terug naar “Kazernes van het Belgische leger - casernes de l'armée belge”